"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Willem van Oranje - De jonge prins als edelman en militair

Woensdag, 23 mei, 2018

Geschreven door: Jeroen Punt
Artikel door: Marjolein Overmeer

De jonge Willem van Oranje

Tentoonstelling en catalogus over zijn vormende jaren voor de Opstand

In de Nederlanden begon 450 jaar geleden de Opstand tegen het Spaanse bewind. Het Nationaal Militair Museum herdenkt dat met een tentoonstelling over de jonge Willem van Oranje Nassau. Nieuw onderzoek laat zien hoe Willem de vader des vaderlands heeft kunnen worden.

[Interview] De tentoonstelling Willem vertelt het verhaal van de vormende jonge jaren van Willem van Oranje-Nassau (1533-1584) en de gevolgen daarvan voor de Opstand (1568-1648), die dit jaar 450 jaar geleden uitbrak. De objecten die deze jaren illustreren komen deels uit het Nationaal Militair Museum zelf, vandaar de harnassen, lansen en pistolen, met daarnaast veel bruiklenen van onder andere het Koninklijk Huisarchief en uit Spanje.

Prins Willem

Boekenkrant

De tentoonstellingsruimte is opgedeeld door kartonnen wanden en moet een kasteel voorstellen. Ik kan me niet helemaal lekker inleven, maar dat is ook lastig in het Nationaal Militair Museum, een hangar met veel beton en staal. We beginnen in de ruimtes over Willems jeugd. Op zijn elfde erfde hij het Franse prinsdom Orange van zijn oom René van Chalon. Het originele krijgstestament, waarin Willem als Chalons enige erfgenaam wordt genoemd indien hij sterft in de strijd, is hier te zien.

Eenmaal prins vervolgde Willem zijn opvoeding aan het Brusselse hof van Keizer Karel V. Dit bereidde hem voor op een carrière als militair, wat heel normaal was voor een adellijke jongen volgens de conservatoren die het onderzoek hebben uitgevoerd, historici Jeroen Punt en Louis Sloos. Punt: “Willem stond met één been in de moderne tijd van het humanisme en een nieuwe godsdienst (Protestantisme – red.) maar met zijn andere nog vol in de middeleeuwen, met zijn adellijke opvoeding en de etiquette aan het hof.”

Meest hoffelijke ridder

Er komt van alles langs: de jacht, het meedoen aan toernooien, de mode en de bijbehorende wapens uit die tijd, zang, dans en hofregels. Leuk is de scorekaart van ‘team Oranje’, Willem was de aanvoerder, van een toernooi uit 1561. Tien jaar daarvoor, op zijn zeventiende, mocht hij zijn eerste toernooiprijs in ontvangst nemen, en wel voor de meest hoffelijke ridder van het toernooi.

In de zogenaamde ridderzaal staat een kartonnen tafel met archeologische vondsten uit de afvalkoker van het kasteel van Breda van de Naussau’s. Hier zien we de resten van de ultieme delicatesse tijdens feesten en partijen: zwanenpastei. De vleugels waren hiervan afgesneden, om de pastei te decoreren. Verder ligt het mes van Willem zelf op tafel. Dat is wel een bijzondere gedachte: hiermee heeft hij vast in die zwanenpastei gesneden.

Klaar voor militaire carrière

Toen Willem in 1551 achttien werd, kon hij gelijk aan de bak als militair. Landvoogdes Maria van Hongarije gaf hem een volmacht om ervaren militairen ruiters te werven en aan te voeren als hun kapitein-commandant. Zowel deze militaire aanstelling als de wapenuitrusting van deze elitetroepen of lansiers zijn onderdeel van de tentoonstelling.

Toevallig brak al snel na de aanvang van zijn militaire carrière een oorlog uit tussen Frankrijk en Spanje. Punt: “Deze grootschalige oorlog zou meer dan zeven jaar duren en al die tijd was Willem voornamelijk op het slagveld aanwezig. Hij deed hier echt cruciale militaire ervaring op voor tijdens de latere Opstand.”

Karel V benoemde Willem in 1555 tot opperbevelhebber van diens troepen in Frankrijk. Hij ontving daarbij een opperbevelhebbersstaf, waarmee hij datzelfde jaar is geportretteerd. Terwijl ik naar dit beroemde schilderij kijk, realiseer ik me pas goed hoe jong Willem was, met zijn 22 jaar. Zelf vond hij het bevel over zoveel man ook eng, zo schreef hij in een brief aan zijn vrouw.

Getalenteerde onderhandelaar

De jonge prins was niet de keus van Karels militaire adviseurs, in het benoemingsproces tot opperbevelhebber. Dat Willem de positie toch kreeg had te maken met zijn voorzichtigheid. Sloos: “Willem had bewezen dat hij geen roekeloze beslissingen nam en alleen wilde vechten als het niet anders kon. Uit ons onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat Willem in 1555 de opdracht kreeg om de slecht verdedigbare stad Rocroi te veroveren. Hij weet zijn meerderen te overtuigen om het niet te doen, omdat hij die stad zelf ook niet goed zouden kunnen verdedigen.”

Ook bij de vredesbesprekingen in 1559 was Willem aanwezig. Van Karels zoon en opvolger Filips II kreeg hij de persoonlijke opdracht om te bemiddelen tussen beide partijen. Dit resulteerde in de Vrede van Cateau-Cambresis, die hier te zien is. Naast zijn hoge geboorte en de ervaring op het slagveld zorgde ook zijn ervaring in het onderhandelen voor de logische leidersrol die Willem toebedeeld kreeg tijdens De Opstand.

Begin van de Opstand

Na jaren van trouwe dienst aan zijn Spaanse heer, zou Willem zich tegen hem keren. De streng katholieke Filips II vervolgde de Nederlandse protestanten en verhoogde de belastingen. Willem had zo lang mogelijk geprobeerd de wapens te mijden uit angst voor onwettige acties met de wraak van Filips als gevolg. Maar nu, na het geweld van Spaanse zijnde, kwam hij in actie.

De Tachtigjarige Oorlog begon met de invasie van Willems leger en ze troffen de Spanjaarden bij Heiligerlee in 1568. Ontroerend is het verhaal bij het harnas van Willems broer Lodewijk, dat hier te zien is. Lodewijk wist dat jaar een slag tegen de Spaanse overmacht te overleven door zijn harnas uit te trekken en te vluchten via het water. Vervolgens zou Lodewijk alsnog sterven tijdens die andere beroemde slag, op de Mookerheide in 1574, samen met broer Hendrik. Broer Adolf was al gesneuveld bij Heiligerlee en zo verloor Willem in korte tijd drie broers voor de gewetensvrijheid van de Nederlanden.

De staf

Het absolute topstuk van de tentoonstelling is de bevelhebbersstaf, uitgereikt door Willem van Oranje zelf. In eerste instantie denk ik verheugd dat het om zijn eigen staf gaat! Wanneer Sloos mijn teleurgestelde gezicht ziet, zegt hij enthousiast dat dit ook heel bijzonder is. “Voor zover we weten is er geen andere bevelhebbersstaf uit de directe omgeving van Willem bewaard gebleven. Door ons onderzoek weten we nu dat de Spanjaarden de staf na de Slag op de Mookerheide meegenomen hadden, waarna het eeuwen in Barcelona heeft gelegen.”

Sloos: “De Spaanse landvoogd Requesens kreeg de staf na de Slag op de Mokerheide in handen. Tot 1921 maakte de staf deel uit van het archief van de familie in Barcelona. Nadat de familie was uitgestorven, kwam het archief bij de jezuïeten terecht. Op de staf zie je een zilveren schildje met het wapen van Willem van Oranje en de tekst (hertaald) ‘Naar God ongestoord, geeft de prins wat hem toebehoort. Wees zuinig op het regiment, en het oordeel van God zal je bespaard blijven’. Dit wijst erop dat de bevelhebbersstaf door Willem persoonlijk of uit diens naam moet zijn overhandigd aan een Nederlandse bevelhebber.”

Sloos: “Willem van Oranje staat niet bekend als een groots veldheer maar daar zijn we het niet mee eens. Zijn voorzichtige handelen kwam juist voort uit jarenlange militaire ervaring, wat nog wel eens wordt vergeten. En toen de oorlog eenmaal was begonnen, ging hij er vol voor.” Willem zou alleen nooit meemaken hoe het zou aflopen. Filips II had hem in 1580 vogelvrij verklaard vanwege hoogverraad en loofde 25.000 gouden kronen en een adellijke titel uit aan de moordenaar. In 1584 lukte het Balthasar Gerards in Delft om Willem dodelijk te treffen.

Bij de tentoonstelling hebben Jeroen Punt en Louis Ph. Sloos het rijkelijk geïllustreerde boek Willem van Oranje. De jonge prins als edelman en militair geschreven. Hierin beschrijven ze uitvoerig het verhaal van de jonge Willen en de uitkomsten van hun onderzoek tijdens het maken van de tentoonstelling. Ook de tentoongestelde objecten zijn in dit boek te vinden.

Meer informatie

De tentoonstelling Willem is tot 28 oktober 2018 te zien in het Nationaal Militair Museum te Soesterberg.

Eerder verschenen op Kennislink