"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Zoektocht naar betekenis

Zondag, 13 maart, 2022

Geschreven door: Leonie Wolters
Artikel door: Bert Altena

Over het filosofisch levenswerk van de eerste Denker des Vaderlands

[Recensie] Dit jaar wordt Hans Achterhuis 80 jaar. In 2011 werd hij de eerste Denker des Vaderlands, om de publieke filosofie een kontje te geven Het heeft bijgedragen aan zijn bekendheid als filosoof bij een breder publiek. Maar door zijn vele publicaties op diverse terreinen van de filosofie, was hij al langer bekend als een denker die met de keuze voor zijn thema’s vaak dicht aansloot bij de heersende tijdgeest. Veel van zijn boeken bereikten een breder publiek, ook omdat hij wars is van een academische schrijfstijl.

In een sympathiek boekje uit de serie De woorden van…, krijgt hij van interviewster Leonie Wolters, zelf tenminste twee generaties jonger, volop de ruimte om zijn verhaal te doen. Het levert een meer dan boeiend gesprek op, waarin je de ontwikkeling van het denken van Achterhuis kunt volgen, zoals hij dat zelf ervaren heeft.

Achterhuis begon ooit aan een studie theologie, raakte toen, mede door een studieverblijf in Frankrijk (Straatsburg) op het spoor van de Franse existentiefilosofie van Albert Camus, en verruilde de theologie voor de filosofie. Het afscheid van het geloof kwam later. Zijn eerste baan was nog voor de kerk. Als functionaris van het Werelddiaconaat – de wereldwijde kerkelijke hulpverlening – deed hij in de jaren zestig ervaring op in allerlei toen nog derdewereldlanden geheten. Hij schreef Filosofen van de derde wereld, waarin onder meer een welwillende beschouwing over Mao, waar hij later nog regelmatig kritisch op werd aangesproken. Maar ja, het waren de jaren zestig; bijna iedereen in (links) Nederland sympathiseerde met de boerenleider uit China.
Na zijn vertrek bij de kerk, ging hij aan de universiteit werken en doceerde hij het typisch jaren zeventig vak Andragologie. Hij vertelt over de soms hilarische academische discussies, over het welzijnswerk, en over de kippenstrijd in het universitaire milieu. In die tijd schreef hij zijn eerste bestseller, tot zijn eigen verrassing, De markt van welzijn en geluk, met een kritische beschouwing over het welzijnswerk dat vaak, tegen de eigen bedoeling in, problemen in stand houdt of verergert, in plaats van oplost.

Een belangrijke tijd in zijn leven is de aanstelling in Enschede geweest, als techniekfilosoof aan de TU. En dat voor iemand die berucht is om zijn onhandigheid! Hij ziet er zelf de ironie van in.
Opnieuw stortte hij zich op nieuwe thema’s, die van de technologie en de greep daarvan op onze manier van leven en samenleven. Al moet hij in terugblik erkennen dat zijn invloed daar beperkt is geweest.

Boekenkrant

Achterhuis is filosofisch niet eenkennig. Later ontwikkelde hij belangstelling voor thema’s als utopisch denken, geweld en verdiept hij zich in literaire schrijvers als de wat raadselachtige Coetzee. Hij schreef verschillende boeken over deze onderwerpen.
Achterhuis is een filosoof die soms al schrijvend zijn ideeën ontwikkelt, die echter ook niet te beroerd is om later op eerder ontvouwde gedachten terug te komen. Hij wordt vooral gedreven door een niet te stelpen interesse, vanaf de oudheid al de motor achter al onze filosofie. Zoals hij zelf tegen het einde van het interview duidelijk maakt: “Ik denk dat de rode lijn heel duidelijk is geweest: ik wil begrijpen” (p. 204). Het lijkt soms alsof al die boeken achteraf tot zijn eigen verbazing zijn ontstaan.

Achterhuis toont zich in dit interview een innemende man, die zijn eigen zwakheden kent, en die tegelijk met een blijvend jeugdig enthousiasme zich op steeds weer nieuwe vragen en uitdagingen storten kan. Er zit al jarenlang een boek over Hannah Arendt aan te komen, zegt hij zelf, de politiek filosofie die tegenwoordig in de belangstelling staat en met wie Achterhuis zich al jarenlang bezighoudt, naar eigen zeggen.

De frisse en onbevangen manier waarop de Leonie Wolters, die zelf intellectuele geschiedenis studeerde en promoveerde in mondiale ideeëngeschiedenis, de oude meester ondervraagt, levert een prettig leesbaar en informatief boekje op. Je begrijpt eens te meer, waarom men indertijd bij hem uitkwam als eerste Denker des Vaderlands. Als geen ander weet hij filosofie spannend en toegankelijk te maken.

Eerder gepubliceerd op Bert Altena en NieuwWij