"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

1000 Nachten

Zaterdag, 19 september, 2020

Geschreven door: Sophia Drenth
Artikel door: Johan Klein Haneveld

Grimmige dark fantasy met verborgen schoonheid

[Recensie] Het grote nadeel van het lezen van boeken als recensent is dat je gaat zoeken naar elementen die je in je boekbespreking kunt benoemen en dan met name kritiekpunten. Die zul je dan ook ongetwijfeld vinden, want geen enkel boek is perfect. Je wilt het sowieso niet houden bij “dit boek is leuk”, anders zou je geen recensies zijn gaan schrijven. Dus ook bij dit boek zag ik een paar kleine zaken die niet geheel volmaakt waren. Laat ik ze maar gewoon benoemen dan hebben we ze maar alvast gehad! Het ging me vooral om de schrijfstijl. De eerste twee, drie hoofdstukken kwamen op mij een beetje ‘stroperig’ over. Nadere bestudering van de tekst toonde me dat het kwam doordat er veel zinnen van dezelfde lengte waren, ook nog eens behoorlijk lang, die verder dezelfde opbouw vertoonden. Daarnaast bevatten veel zinnen verklarende bijzinnen. Deze dienden om de wereld waar het verhaal zich afspeelde te beschrijven, maar op sommige plaatsen haalden ze de vaart er voor mij uit. Dit was alleen in het begin van het boek voor mij een klein probleem. Ten slotte had ik het idee dat het register van het verhaal onevenwichtig was. Ook al komt de hoofdpersoon uit een nobele familie, en heeft ze voor haar tijd veel onderwijs genoten, ze gebruikt nogal eens platte woorden. Ze pasten voor mijn gevoel hier niet helemaal bij het niveau van beschaving van de hoofdpersoon.

Kleine kritiekpuntjes allemaal, die verder volledig in het niet vallen bij wat Sophia Drenth met dit boek heeft neergezet. Volgers van haar Facebookpagina weten dat het een heel proces is geweest en haar regelmatige verhalen over het ontstaan van ‘madame’ waren in zichzelf al een genot om te lezen. Het boek was die inspanning en het oog voor detail van de auteur waard. Het is in mijn opinie het beste dat ze tot nu toe heeft geschreven en een waardevolle aanvulling voor het Nederlandstalige fantasylandschap. Een boek als dit was er eenvoudig nog niet. De eigenzinnigheid van Sophia werpt vruchten af. Net als de hoofdpersoon van dit boek weet ze waar ze voor staat en laat ze zich niet van haar doel afbrengen. Het resultaat is een gruwelijk fascinerende ‘dark fantasy’. Dit boek is nog duisterder dan haar eerdere werken. Pikzwart zelfs. Een kleine greep uit wat je kunt tegenkomen: afgehakte ledematen, onthoofdingen, verkrachtingen, mensen die levend verbranden, veel bloed, een put met een bodem van botten en dat is nog maar een selectie. Oh, en monsters. Met Rah, wiens gezicht verscholen gaat achter een sluier van kettinkjes heeft Sophia een indrukwekkend exemplaar geschapen. Capabel, gevaarlijk, onvermurwbaar. De vloed van pijn en vernedering waar de hoofdpersoon aan wordt blootgesteld is bijna te veel om te verdragen.

Dat dit geen horrorroman is geworden is vooral te danken aan de levenskracht en liefde van de vrouw die ooit Katine LaSoeur zal worden. Zelfs als ze in de diepte moet afdalen houdt ze een vonk die zorgt dat je als lezer de moed niet wilt opgeven. Maar Drenth maakt ook haar arrogantie duidelijk, de aannames die ze doet over andere mensen die niet terecht blijken. Ook moet ik de Creotim noemen – deze strijders van de bloedcultus beginnen als gezichtsloze schurken, maar je leert hun achtergrond kennen, en hun gebruiken, hun innerlijke kracht en ondanks wat ze gedaan hebben leef je als lezer uiteindelijk met ze mee. Vooral met één van hen, die al achttien keer ‘door het vuur’ is gegaan, maar toch een van de menselijkste karakters uit het boek blijkt te zijn. Dit is slechts een voorbeeld van de zorgvuldigheid waarmee Drenth de wereld waarin het verhaal zich afspeelt heeft opgebouwd. Het was verfrissend over een andere locatie te lezen dan het alternatieve Nederland uit de andere Bloedwettenboeken of de geijkte variant op het middeleeuwse Europa uit het gemiddelde fantasyverhaal.

Dit boek is gebaseerd op het Midden-Oosten. Hoewel het exotische van de omgeving een rol speelt, had ik niet het idee dat hier sprake was van kwalijk ‘oriëntalisme’ (het kijken naar het Oosten door de ogen van het Westen, waarbij wordt gedacht en gevonden dat dit westerse beeld van het Oosten correct is). Daarvoor is dit te duidelijk een alternatieve wereld en ik moest eerder denken aan Sinbad, Aladdin en de verhalen uit 1001 nacht (waaraan de titel van het boek natuurlijk refereert). Ook gaat het verhaal niet over de wijdere Oosterse wereld, maar om één locatie – namelijk het hoofdkwartier van de Feeksen, de Ath’vacii. Drenth doet je bijna claustrofobisch meeleven met haar hoofdpersoon, haar dieptepunten maar ook haar hoogtepunten, en na al het benauwende dat eraan voorafging komt het tot een heel bevredigend einde. Ook al kijk ik uit naar deel 3 van de eigenlijke Bloedwetten-reeks, dit boek verzacht het wachten en ik zou het helemaal niet erg vinden als het de basis zou vormen voor een eigen trilogie. Madame is er een om in de gaten te blijven houden!

Archeologie Magazine

Eerder verschenen op Hebban

Boeken van deze Auteur:

De Nepvampier

De bloedstollende avonturen van Vladimir von Rotenbeck 1 - De Nepvampier

Bloedwetten 2 - Verlossing

Bloedwetten 1 - Bloedwetten

Bloedwetten - 1000 Nachten