"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Buzz Aldrin, waar ben je gebleven?

Vrijdag, 27 augustus, 2021

Geschreven door: Johan Harstad
Artikel door: Roeland Dobbelaer

Intrigerende roman gaat mank aan denkfout

[Recensie] Volgens de Noorse schrijver Johan Harstad bestaan er twee soorten mensen: mensen die op de voorgrond treden, in de schijnwerpers staan en mensen die het echte werk doen, in stilte, zonder hiervoor de beloning te krijgen die ze verdienen. In zijn eerste grote roman, Max, Mischa & het Tet-offensief (meer dan 1300 pagina’s), zegt in Buzz Aldrin:

“Niet iedereen wil een bedrijf leiden. Niet iedereen wil tot de beste van de sporters van het land behoren, lid zijn van allerlei besturen, niet iedereen wil de beste advocaten achter zich hebben staan, niet iedereen wil ’s ochtends wakker worden met juichende of rampzalige krantenkoppen.

Sommigen willen de secretaresse zijn die buiten blijft zitten als de deuren van de vergaderzaal gesloten worden, sommigen willen op een vuilniswagen rijden, zelfs met Pasen […]. Sommigen willen niet op de radio komen, op de televisie in de krant. Sommigen willen naar films kijken, niet erin meespelen.

Sommige mensen willen publiek zijn.
Sommige mensen willen radertjes zijn.
Niet omdat ze dat moeten, maar omdat ze dat willen (pag. 20).”

Boekenkrant

In Buzz Aldrin voert hij Mattias op, een wat kleurloze figuur, die lange tijd niet weet wat hij wil in het leven. Hij heeft zeker talenten, is slim, kan goed erg goed zingen, maar kiest ervoor om tuinman te worden. Zeg maar: iemand met WO-IQ neemt een MBO-baan. Hij wordt verliefd op Helle, staat elke ochtend op, werkt en gaat dan weer naar huis. Zijn grote held is Buzz Aldrin, de tweede man op de maan, die veel minder bekend werd dan de eerste man op de maan, Neil Armstrong. Er wordt wel gezegd dat Aldrin de eigenlijke leider van de Apollomissie was. Hij had veel meer ervaring dan Armstrong, was de man achter de schermen. Door het hele boek – een kleine vijfhonderd pagina’s – klinkt de bewondering door voor mensen als Aldrin, mensen die het echte werk doen, mensen die buiten de spotlights staan. De roman wil laten zien wat er in zo iemand omgaat, waarom hij of zij de keuze maakt om de tweede viool te willen spelen.

Als vriendin Helle Mattias wat saai vindt geworden en hij ook zijn baan verliest, besluit hij met vrienden mee te gaan naar een optreden op de Faeröer, een eilandengroep behorend tot Denemarken ten Noordwesten van Engeland. Ze reizen per boot. Een paar dagen later wordt Mattias wakker in de regen, zijn hand gekneusd en met een stapel bankbiljetten in zijn jaszak. Hij wordt opgepikt door Havstein, een psychiater die een opvanghuis voor mensen in geestelijke nood runt in Gjógv, een dorp in Eysturoy, het grootste eiland van de Faeröer. Mattias besluit daar te blijven wonen en kiest voor therapeutische arbeid, het maken van schaapjes voor de toeristenindustrie.

Ik heb de roman met plezier en belangstelling gelezen, maar ik miste voortdurend de logica in het boek. Hardstad heeft het over twee verschillende menstypen, maar voegt in zijn hoofdpersoon een derde toe.

Als je het leven van Buzz Aldrin bestudeert kun je niet anders dan concluderen dat het een zeer hardwerkende, ambitieuze en met perioden succesvolle man is geweest. Je wordt niet zomaar crew lid van de eerste maanlandingsreis. Daar gaan jaren van heel hard werken en studeren aan vooraf. Heel anders dan Mattias, de hoofdpersoon uit Buzz Aldrin. Mattias is eerder het tegendeel van Buzz Aldrin, hij weigert om zijn talenten te gebruiken, hij wil een rustig anoniem leven leiden, zonder een grote zaak of ideaal te dienen. Mattias zou je eerder nihilistisch en egocentrisch kunnen noemen. Hij behoort tot het grote derde legioen der mensheid, van de outcasts, de gekken en dwazen, mensen die al dan niet vrijwillig buiten de samenleving staan. Het kan hem allemaal niets schelen. Dus hij is helemaal niet iemand waar Harstad zo hoog van opgeeft: de vuilnismannen die niet verzaken en de troep van anderen ophalen, de leraren die mensen opleiden, de verpleegkundigen die mensen verzorgen, mensen die altijd klaar staan. Het punt is dat Mattias helemaal niet altijd klaar staat, hij heeft eerder lak aan alles en iedereen, daarbij is hij op gezette tijden nog gewelddadig ook.

Door telkens weer terug te komen op die tweedeling schept Harstad een verwachting die hij niet waarmaakt. Uiteindelijk start Mattias met de mensen uit de gemeenschap een onzinnig project, waarvan de afloop onzeker is. Harstad schrijft dus een roman die als een ode is bedoeld aan alle hardwerkende onbekende mensen, en portretteert een dwaas, die afhaakt. Dat hij dat fascinerend doet maakt een hoop goed. Harstad kan goed schrijven, het boek is bij wijlen meeslepend en spannend, maar de basisgedachte is niet goed uitgewerkt en slaat daarom de plank mis. Toch is juist die derde categorie mensen misschien wel de meest interessante. Hoeveel mensen aan de zelfkant ontpoppen zich uiteindelijk niet als briljant kunstenaar of schrijver? Misschien is Buzz Aldrin deels autobiografisch en heeft Harstad ook lange tijd niet geweten wat hij met zijn leven aan moest. Maar uiteindelijk is hij wel gaan bijdragen met romans en verhalen. Bij Mattias blijft dat uit. 478 pagina’s later blijf je als lezer met een kater achter, een mooi geschreven kater, dat wel.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Max, Mischa & Het Tet-offensief

Buzz Aldrin, waar ben je gebleven?

Heterdaad