"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

De avond is ongemak

Vrijdag, 30 maart, 2018

Geschreven door: Marieke Lucas Rijneveld
Artikel door: Nico Voskamp

In de drek uws aanschijns

[Recensie] De meeste schrijvers geven bij de altijd weer obligate vraag hoe autobiografisch hun boek is, als antwoord dat ze niet écht zijn afgerost door pa en ma, dat de rituelen in het gezin niet écht duivels waren, dat de sfeer in huis anders, beter was, dat het boek geen één op één beeld geeft van hun eigen leven. Voor Marieke Lucas Rijneveld is dat te hopen. In De avond is ongemak geeft ze een angstaanjagend beeld van een jeugd in een onmiskenbaar disfunctioneel gezin.

Ook zonder de leefsituatie die ze in het boek beschrijft verbatim naar de werkelijkheid te vertalen, wordt duidelijk dat de jeugd van hoofdpersoon Jas in het boek geen wandelingetje in het park was. Het gezin woont op een boerderij, tussen de koeien. Pa communiceert ofwel in oudtestamentische Bijbelteksten, ofwel in veelzeggende stiltes, die de kinderen dan weer feilloos hebben leren duiden. Ma heeft buitengewoon weinig aardigheid in haar leven dat met tobben, werken en werken gevuld is. Zusje Hanna heeft haar eigen sores en broer Obbe is praktiserend psychopaat.

Tussen al die bermbommen door moet Jas laveren, onderwijl opgroeiend van meisje naar jonge vrouw. In dat proces ontdekt ze onvermijdelijke zaken als seksualiteit, ze merkt dat de sfeer thuis die toch ietwat vreemd is, komt in aanraking met de zondige buitenwereld. En, na het tragisch overlijden van haar jongste broertje Matthies, De Dood. Magere Hein die voor altijd een ijzig stempel drukt op het toch al wankele gezin. Dit zijn de grondstoffen waarmee Marieke Lucas Rijneveld een zeer rijk, zij het soms wat stroef lezend boek fabriceert.

Dat stroeve lezen komt doordat de schrijfster op sommige punten het verhaal iets té vol propt met terugkerende thema’s, motieven en spiegelingen. Diepgang gaat dan de strijd aan met leesplezier, en dat heeft op de lezer een verkeersdrempel-effect. Ongetwijfeld zal dat verdwijnen in een volgend boek, want Lucas Rijneveld is een groot talent.

Boekenkrant

En jawel, alle vergelijkingen met Wolkers kloppen. Rijneveld heeft een goed oog voor de plastische, bij voorkeur smerige kanten van het menselijk bestaan. Neem de beschrijving van het drinken van het verplichte glas verse melk: “die meestal al een paar uur uit de tank was en lauw, en waar soms nog een geelachtig roomlaagje op lag dat bleef plakken aan je gehemelte als je te traag dronk. Het beste was om het glas melk met je ogen dicht naar binnen te klokken…”

Ook de gevoelige kant des bestaans laat ze de revue passeren. Soms moet Jas haar vader helpen de mollenklemmen te controleren. “Als we geen vangst hadden, dan hield vader zijn handen stijf in zijn broekzakken, dan was er niets dat om een beloning vroeg, anders dan wanneer we beethadden en we met een verroeste schroevendraaier de dubbelgeklapte bebloede lijfjes uit de klemmen peuterden, wat ik voorovergebogen deed zodat vader niet zag dat er tranen over mijn wangen gleden bij de aanblik van een klein leven dat nietsvermoedend in de val was gelopen.”

De eindconclusie: dit is een jonge, veelbelovende aanwas van de stroming ‘loskomen-van-een-gereformeerde-jeugd’ auteurs. Tegen het eind van dit boek wordt een tekst geciteerd van het bordje boven een brug, waar Jas en haar vriendin vaak langs fietsen. Dit citaat kan gerust het motto zijn voor het hele boek: “Wees waakzaam, wees op uw hoede, want uw vijand, de duivel, zwerft rond als een brullende leeuw, op zoek naar een prooi.”

Ook verschenen op Nico’s recensies