"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Gibraltar

Zondag, 14 februari, 2016

Geschreven door: Renske Jonkman
Artikel door: Monique van Gaal

Roadtrip naar de zin van het bestaan

Renske Jonkman (1982) kreeg veel lof voor haar debuut Zo gaan we niet met elkaar om. Nu is daar haar tweede roman, Gibraltar, een verhaal over een onvervalste roadtrip. Aan het stuur zit Ezra, vastbesloten haar jachtige leven te ontvluchten. Naast haar zit levensgezel Tobias, geheel tegen zijn zin in. Een gezellige rit wordt het allerminst, daarvoor verschillen de twee te veel van elkaar.

Om en om doen de dertigers Ezra en Tobias hun verhaal. Het is van meet af aan duidelijk dat de twee totaal niet bij elkaar passen. Ze verschillen van ideeën, van komaf, ze praten langs elkaar heen, hebben geheimen voor elkaar, en lijken in geen enkel opzicht nader tot elkaar te kunnen komen. Door haar protagonisten om de beurt aan het woord te laten, geeft Jonkman een goed beeld van wat zij van elkaar denken, en hoezeer zij de momenten samen anders beleven. Toch blijft het voor de lezer onduidelijk waarom zij al zeven jaar een stelletje zijn. Snappen doen zij elkaar niet, en gezellig hebben zij het evenmin: ‘Er was continu dat aftasten naar elkaars stemming wat zelfs de simpelste conversatie moeizaam maakte.’

Vlaag van verstandsverbijstering

Gibraltar beschrijft een onvervalste roadtrip richting het zuiden. Het is Ezra die het voortouw neemt, en om haar draait het verhaal grotendeels. Ondanks dat zij het goed voor elkaar lijkt te hebben in het leven, pakt zij in wat een vlaag van verstandsverbijstering lijkt de oude Land Rover van vader Jan, en rijdt ermee weg. Tobias, die per toeval naast haar zit, denkt dat zij een grapje maakt en weldra weer huiswaarts zal keren. Maar dat doet zij niet: ‘Ik wist dat ik een beslissing moest nemen. Ik wist dat die beslissing niks te maken had met een heldere argumentatie.’ De Land Rover naar Jan terugbrengen, dat wordt haar doel.

Tijdens de reis halen zij – ieder voor zich – herinneringen op aan vroeger. Tobias, die zelf geen rijbewijs heeft, denkt met angst en beven terug aan de tijd dat hij nog op de vissersboot van zijn vader moest werken. Nadat hij uit het familiebedrijf is gestapt, is hij filmscripts gaan schrijven, maar bepaald succesvol is hij niet. Onderwijl herinnert Ezra zich de vele reizen met vader Jan, een rasechte hippie. Haar moeder had al vroeg de benen genomen. Ezra heeft Jan, die inmiddels in Marokko woont, in geen jaren meer gezien. Van haar jeugd heeft Ezra een flinke knauw gekregen:

Boekenkrant

‘Het was mijn verantwoordelijkheid hoe ik eruitzag. Maar ik wist helemaal niet hoe ik eruit wílde zien. Jan sprak met me alsof ik een volwassene was, alsof ik niet aan een beschaving van hogerhand onderworpen hoefde te worden, alsof ik zelf verantwoordelijk was voor mijn geluk. Maar ik wist niet hoe. Wie was ik nou helemaal? Hoe moest ik op mezelf vertrouwen?’

Maar ook deze onvoorbereide reis doet Ezra geen goed, en uitputting ligt al snel op de loer:

‘“Luister eens,” zei ik. “Of we kunnen hier blijven…”
“…Maar hier houd ik het niet uit,” zei Ezra direct.
“Of we gaan naar Valencia.“
“Daar is het minstens veertig graden. Wat hebben we daar te zoeken?”
“Erg veel opties zijn er niet, of heb ik het mis?”
Ezra schudde haar hoofd en keek me aan of het verdomme allemaal mijn schuld was.
“Kortom,” ging ik uitermate kalm verder, “we moeten híér weg en in Valencia een koele plek opzoeken.”
“Een winkelcentrum?”
“Alsjeblieft.”
“Wat dan?”
“Ik heb iets gelezen over een zeeaquarium.” Ik kon het in ieder geval probéren. “Dat lijkt me wel wat. Het is ondergronds, donker, koel.”
“Een zeeaquarium?” vroeg Ezra vol minachting. “Moet ik naar een stel haaien gaan kijken?”
“Bijvoorbeeld,” antwoordde ik. “Het lijkt me de enige mogelijkheid voor dit moment.”
“Daar ben ik dan mooi klaar mee.”’

Doodlopend punt

Ezra’s chagrijn is enigszins begrijpelijk. Zij is zwanger, durft dit niet aan Tobias te vertellen, want weet niet wie de vader is (Ezra neemt het niet zo nauw met de trouw), en is eigenlijk wat alles betreft op een doodlopend punt in haar leven aangekomen. Hoe wil ik in dit leven staan? Wie ben ik eigenlijk? Dat zijn zoal de vragen die zij zichzelf stelt. Maar de aangekaarte existentiële kwesties missen raffinement, zoals ook in de discussie tussen hen over vluchtelingen iedere nuance ontbreekt. Het verhaal leest wel vlot weg, maar mist diepgang, juist doordat Ezra en Tobias zelf aan het woord zijn, en ieder voor zich in eindeloos getob verstrikt is geraakt. Een alwetende verteller had er misschien meer uit kunnen halen.

Ondanks deze bedenkingen, sloeg ik de roman toch met een goed gevoel dicht. Als zij eenmaal in Marokko aankomen, krijgt het verhaal meer vaart. En het avontuur dat zij beleven maakt nieuwsgierig naar de afloop en het op handen zijnde weerzien met Jan. Die laatste paar hoofdstukken brachten het verhaal alsnog naar een onverwacht hoogtepunt. Maar de aanloop ernaartoe had wel wat spannender mogen zijn.


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur: