"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Ik bestaat uit twee letters

Vrijdag, 29 juni, 2018

Geschreven door: A.H.J. Dautzenberg
Artikel door: Nico Voskamp

Een compromisloos dagboek

[Recensie] Als een achtbaan, zo voelt het als je begint te lezen in het dagboek van Dautzenberg. Hier gaat een schrijver met een rotvaart uit de startblokken: “Ha, ik ga mijn dagboek publiceren, wow, maak me gek, ik ga los met alles wat ik heb.” Dat doet hij dan ook, met als gevolg een letterberg van Bijbelse proporties. Best veel dagboek, als het ware.

Een lekker vetgemest boek dus, maar is het boeiend? Dat mag de lezer wel verwachten. Niemand wil zich geeuwend door 715 dichtbedrukte bladzijden landerig proza heen worstelen. Voor mij was het antwoord op de boeiend-vraag een weifelend knikje. Ja, want Dautzenberg kan schrijven, en hij maakt een heleboel mee. Maar nee, niet alles is zo boeiend dat ik me nachtenlang met cola en pizza’s opsloot tot ik het boek uit had.

Dat lag – haast ik me te zeggen – niet aan Dautzenbergs stijl. Hij varieert, maakt zinnen even rijkelijk versierd als 19e-eeuwse wandtapijten, choqueert waar nodig, zuigt, blaft, is medelijdend, laat de woorden zingen, huilen, lachen. Het register van de emoties beheerst hij feilloos: de taal klopt.

Ook is het beschreven leven in het dagboek niet saai. Er is genoeg gaande rondom Dautzenberg; hij is een bekend schrijver, geïntegreerd in verschillende literaire kringen (borrels, bijeenkomsten, voordrachten) die hij ook allemaal bezoekt. Hij kent veel mensen, niet alleen uit het literaire wereldje maar ook uit de kunstenaars- en andere hoeken.

Boekenkrant

De thematiek is kristalhelder. De relatie met zijn broer is de leidraad van het dagboek, met name de moeizaamheid daarvan. Hij en zijn broer zijn vanaf het moment van hun geboorte getroebleerd, de broer kan zijn gevoelens niet tonen, is minder intelligent dan Dautzenberg zelf, wat tot nog meer onverenigbaarheid leidt, ze hebben allebei last van de echo’s van papa’s ongevoelige karakter. Het is een broedertwist van alweer Bijbelse afmetingen. Gelukkig wisselt de schrijver dat relationele mijnenveld af met andere onderwerpen zoals zijn weltschmerz, het probleem dat zijn boekenverkoop terugloopt, strubbelingen met andere relaties.

De tekst blijft gevarieerd. Daardoor leest het geheel niet onaangenaam. Dat wil zeggen, totdat na verloop van tijd de toon van verongelijktheid opvalt, die in de tekst gaat doorklinken. Het is een toon die de dagboekschrijver aanslaat zodra dingen niet gaan zoals hij wil. Zoals met vriendin Maartje. Regelmatig ligt hij met haar in de clinch, soms als ze samen bij haar ouders zijn en zij het genoeglijk vindt maar hij alleen maar zeurt over het drinkgedrag van haar ouders. Net zo lang tot ook zij haar goede humeur kwijt is, en hij zich afvraagt waarom. Hij heeft immers gelijk?

Een ander interessant punt is dat Dautzenberg alles wat hij meemaakt, met een nietsontziende eerlijkheid op papier zet. Sommige bekende namen worden genoemd inclusief hun op privétitel geuite opmerkingen of gedragingen, en ik gok dat zij die eerlijkheid minder zullen waarderen. Wellicht vatte de schrijver hier het woord “privé-domein’ iets te letterlijk op.

Afgezien van deze vlekjes zijn de kleurrijke beschrijvingen, observaties en onthullingen interessant genoeg om de aandacht erbij te houden. Dit dagboek is over het algemeen goed te verteren. In gematigde porties, dat zou ik wel aanbevelen.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles ook verschenen op Nico’s recensies


Laat hier je reactie achter:

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Alleen inhoudelijke reacties die gaan over het besproken boek en/of de recensie worden geplaatst.

Boeken van deze Auteur:

Geestman

Ik bestaat uit twee letters

En dan komen de foto's