"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Nu ga ik er eens op uit

Dinsdag, 28 september, 2021

Geschreven door: Jac. P. Thijsse
Artikel door: Elisabeth Francet

Ga er eens op uit

[Recensie] Jac. P. Thijsse, die de basis legde voor de natuurbescherming in Nederland, kan je bijna een natuurfenomeen noemen. Hij leefde tot halfweg de vorige eeuw en is – naar ik begrijp – een beroemdheid in zijn thuisland. In België is hij beduidend minder bekend. Ten onrechte, want de man heeft ontzettend veel betekend voor het natuurbehoud en het in kaart brengen van fauna en flora in Nederland.

Van Thijsse zijn zes dagboeken bewaard gebleven, verrijkt met schetsen en tekeningen van zijn hand. Uit die documenten putte samensteller Marga Coesèl voor Nu ga ik er eens op uit, recent verschenen bij uitgeverij Van Oorschot. Het is een prachtig geïllustreerde en verzorgde uitgave, die grotendeels bestaat uit Thijsses wandeldagboeken uit de periode 1884-1898, aangevuld met artikelen die hij schreef voor het tijdschrift De Levende Natuur. Ondanks een slordigheidje hier en daar is dit fraaie boek een eersteklas hebbeding.

De dagboeken waren niet bedoeld voor publicatie; de stijl is dan ook navenant. Hoewel de notities hoofdzakelijk uit opsommingen bestaan en nogal wat Latijnse benamingen bevatten, zijn ze vaak ongemeen boeiend. Thijsses bijzonder gedetailleerde beschrijvingen van dieren, planten en gebeurtenissen in de natuur zijn, in combinatie met zijn treffende tekeningen (en nu en dan een aquarel van een tijdgenoot), uniek.

Thijsses passie dateert van toen hij nog maar net kon lopen. Hij liep meteen de natuur in en zou er zijn leven lang blijven rondzwerven. Die niet aflatende fascinatie zou zijn hele verdere leven bepalen. Thijsse werd onderwijzer en zette zich bijzonder in voor het schoolwandelen, een methode waarmee hij zijn leerlingen door ervaring en zintuiglijke beleving intensief met de natuur liet kennismaken.

Schrijven Magazine

Thijsse ging vaak op expeditie met fotograaf Paul Steenhuizen, die materiaal verzamelde voor Artis. Thijsses verslagen van hun gezamenlijke tochten zijn juweeltjes en lezen als spannende verhalen vol ironie. Ze geven een levendig beeld van fauna en flora aan de kusten van onder meer de Zuiderzee, het eiland Texel en in talrijke natuurgebieden die Nederland rijk is of toen nog was. Je leert over de bekommernissen en beperkingen, de euforie en frustraties, de geïmproviseerde hulpmiddelen en kleine besognes van de natuurvorser. Mogelijk neem je voor het eerst tot in het kleinste detail kennis van uiterlijk, eigenschappen en gedrag van heel wat vogels en planten, die je voorheen slechts van naam kende of ooit wel eens vluchtig in het oog kreeg.

Samen met zielsverwant Eli Heimans zou Thijsse later het ene na het andere natuurboek maken. Samen richtten zij ook het tijdschrift De Levende Natuur op. Omdat er geld in het laatje moest komen, schreef Thijsse teksten voor natuuralbums (met losse plaatjes) van Verkade. Door sommigen werd hem dat niet in dank afgenomen… reclame maken voor een koekjesfabriek? Thijsse trok zich weinig aan van die kritiek. Hij was van nature een optimistische, goedlachse man en kon het met zowat iedereen goed vinden. Zelfs tijdens de Duitse bezetting zag hij er geen graten in vriendelijk te blijven tegen iedereen, vriend of vijand. Thijsse zag alles met een ironisch oog aan.

Het jaar voor zijn dood werkte hij nog enkele prachtige projecten af, zoals het in kaart brengen van de Kennemerduinen en een boek over de natuurbescherming in Nederland. De verschijning van Natuurbescherming en Landschapsverzorging in Nederland (1946) zou hij niet meer meemaken. Na een buitengewoon rijk en productief leven overleed Thijsse in januari 1945 aan een hartaanval.

Eerder verschenen op Geen dag zonder boek