"Ik heb altijd gedacht dat het Paradijs een soort bibliotheek zou zijn" - Jorge Luis Borges

Reizen volgens Hannema

Zondag, 2 september, 2018

Geschreven door: Iris Hannema
Artikel door: Monique van Gaal

“Reist een gelukkig mens?”

[Recensie] Misschien ben ik wel bevooroordeeld – ik ben dol op reizen en reisverhalen – en vind ik Reizen volgens Hannema alleen daarom al een heerlijk boek. Maar er is meer. Dit boek bevat absoluut geen doorsnee reisverhalen. Nee, het zijn de reflecties van een intelligent persoon die op reis is gegaan, meer dan tien jaar lang, en tot diepe inzichten probeert te komen, over zichzelf, over de wereld, over culturen, over de liefde en de zin van het leven.

Jarenlang heeft Iris Hannema (1985) in haar eentje over de wereld gezworven, alle continenten aangedaan, vrienden gemaakt, mensen verlaten, en over haar reizen geschreven om wat geld te verdienen. Geïnteresseerd is zij in andere culturen en vreemde mensen, en toch verwoordt zij vrijwel enkel en alleen de moeizame kanten van het alleenreizen. Een sterke drang om niet vastgeroest te geraken in een voorspelbaar bestaan heeft haar doen vertrekken. Maar ook het reizende bestaan staat voor haar niet garant voor rozengeur en maneschijn. Eenzaamheid ligt op de loer, en integreren op een onbekende plek is moeilijk. Hannema is op zoek naar vrijheid, dat is een ding dat zeker is. Maar wat is vrijheid eigenlijk?

“De eenzaamheid die het alleen op reis zijn oproept, komt niet voort uit heimwee maar uit de confrontatie met de teleurstelling over mijn gemaakte keuzes. Ik ben vrij van meningen en de wil van anderen, kan vrij kiezen welke route ik neem, met wie ik meega, hoe lang ik waar blijf, wanneer ik wegga en toch is dat gevoel van vrijheid er nog altijd niet.”

Via hoofdstukken die zich in verschillende landen afspelen, werkt zij toe naar het laatste en meest betekenisvolle hoofdstuk, Nowhere. Now here. Werkelijk thuiskomen, dat plaatsvindt in Frankrijk. “Reist een gelukkig mens?”, is de vraag die Hannema zichzelf meteen in het voorwoord stelt en die de toon zet voor de rest van het boek. Een eenduidig antwoord op deze vraag komt er niet, en dat is uiteraard niet verwonderlijk. Het is een complexe vraag en het antwoord hierop zal voor een ieder anders klinken. Over de vraag of je door al dat reizen als mens verandert is zij wel duidelijk: “Uit reizen vloeit geen ander voort, je blijft als toeschouwer aan de rand van alles staan.”

Boekenkrant

Het reizen lijkt Hannema op den duur behoorlijk tegen te gaan staan. Aanvankelijk krijgen zelfs de vele ongemakken die je zoal op reis tegenkomt haar niet klein, “maar dat is niet meer zo”. In gesprek met de Mexicaanse Leti, stipt Hannema zelfs een bepaalde zinloosheid van het reizen aan:

“’Er lijkt zoveel te doen op reis,’ zegt ze [Leti], ‘maar in wezen gebeurt er niets.’
Ik knik, precies dát.”

Ook haar aankomst op het, op de bucketlist van menig reiziger prijkende, eiland Samoa is bepaald niet rooskleurig. “Ik word overvallen door een enorme teleurstelling, dit soort tropische eilanden kende ik al: hier gebeurt niets.” Is zij verwend geraakt? Al te veel mooie eilanden gezien? Of heeft zij misschien meteen door dat ook hier de vrijheid niet te halen valt?

Men vraagt zich tegenwoordig af of we nog wel onderscheid mogen maken tussen ‘de reiziger’ en ‘de toerist’ – er valt immers voor de reiziger in deze wereld niet veel meer te ontdekken. Toch komt Hannema met een mooie definitie van de reiziger: “Een trouwe reiziger laat geen sporen na en beïnvloedt in niets de plek waar hij is geweest, geen vuilnis, geen geld en ook geen denkwijzen.” Een definitie die in niets lijkt op die van ‘de toerist’, maar even later ook weer afgezwakt wordt als we lezen dat “de grootste hedendaagse reizigersstress het niet kunnen vinden van internet is”.

Op een atol in de Stille Oceaan ontmoet Hannema uiteindelijk haar vriend, Francisque. Die relatie is als de ultieme thuiskomst. Terwijl het in haar geboorteplaats Haarlem maar niet lukt om thuis te komen, is het bij deze Franse duikleraar dat zij thuiskomt, en thuis wil blijven. In het (deels) van hem afhankelijk zijn (voor haar geluk) vindt zij alsnog haar vrijheid. Vrijheid zit ‘m dus eerder in het gelukkig (of tevreden) zijn (en een gelukkig mens kan dus wel degelijk reizen; mijn conclusie).

Met Francisque verhuist Hannema naar de Franse bergen en maakt aldaar de balans op van een reizend bestaan, met als gevolg dit mooie boek. “Wie stopt met reizen wordt gedwongen achterom te kijken en te zien wat het heeft opgeleverd”, schrijft zij. Als ik haar woorden moet geloven, is dit maar bar weinig. “Hoe vaak ik ook al afscheid had genomen, tot nu toe had ik er niet meer uit kunnen halen dan mezelf repeterend die ene vraag te stellen: reist een gelukkig mens wel?”

Ik als lezer geloof haar woorden echter niet. Volgens mij heeft het haar een schat aan ervaring opgeleverd, die niemand haar meer zal kunnen afnemen.

Voor het eerst gepubliceerd op De Leesclub van Alles

Boeken van deze Auteur:

Schaduwbroer